GEZELLIG QUIZZEN

Dankzij een goddelijk toeval wist ik wat een gyroscoop was. Daardoor kwam het dat De Witte Patrick en De Vos Luc deze quiz wonnen.
Het was in De klas van Frieda. Patrick wist zowat alle antwoorden maar van één quizonderdeel hadden wij door mijn ellendig toedoen een puinhoop gemaakt. In de jaren zeventig was er een quiz op televisie, Wachtwoord, gepresenteerd door de legendarische wijlen Nand Baert. De ouderen onder u zullen deze coryfee en pionier van de openbare omroep nog kennen. Een strenge man met een baard, waarvoor de kandidaten beefden als een riet. Het was de bedoeling een woord te raden op aangeven van een medekandidaat die een synoniem, een parafrasering van het woord diende te geven. Wanneer de aangever bijvoorbeeld zei: ‘miauw’, dan was het antwoord ‘kat’. U mocht dan vooral niet ‘poes’ zeggen want dan keurde Nand dat antwoord niet goed. De BRT streefde ernaar zo weinig mogelijk prijzen uit te delen. Bitterheid was troef in die dagen. Het betrof hier het eenvoudigste quizconcept aller tijden maar in dit neoliberale tijdperk zouden ze dat een format noemen en het verkopen voor een miljard dollar op de internationale televisiemarkt. Tegenwoordig is er geld te verdienen met televisie, vroeger niet, vroeger deden de mensen zomaar wat, baatte het niet, het schaadde ook niet. Nu maakte Wachtwoord ook deel uit van deze quiz van Frieda. Patrick moest aangeven, ik moest raden. Het onderwerp was voetbal. Op de monitor verscheen het woord ‘kantine’ en Patrick zei: ‘drinken’ en ik zei ‘zuipen’. Volgend woord: sponsor. Patrick gaf aan: schenker. Ik zei: donateur. Kortom, we gingen me daar nu toch de mist in, zeg. Gelukkig had het team aan de overkant, bestaande uit de Sabinen Haegendoren en Appelmans er ook een puinhoop van gemaakt. Toen verscheen Mia Doornaert die als speciale gast enige specifieke vragen kwam stellen in verband met de scheepvaart. Zij vroeg: hoe noemt de machine die schepen stabiel houdt, en ik antwoordde: de gyroscoop. Ik had een maand daarvoor naar een documentaire zitten kijken over dat magische toestel, een systeem van vliegwielen dat zelfs een biljart op wiebelende veren perfect horizontaal en bespeelbaar kan houden. Ik ben altijd een beetje verkikkerd geweest op mevrouw Doornaert, een harde tante die kleren van Chanel draagt en een voorstandster is van orde en tucht binnen de samenleving. Dat soort vrouwen wakkert in mij een vreemde lust aan omdat ik een telg ben uit een arbeidersgeslacht uit een fabrieksdorp aan het kanaal en er mijn hele leven naar verlangd heb mezelf sociaal te upgraden en gaarne met individuen uit de hogere intellectuele kringen omga om aldus maatschappelijk aanzien te verwerven. Achteraf in de lobby trachtte ik met haar een gesprek aan te knopen over mijn kennis van de gyroscoop maar ze was dat schitterende winnende antwoord van mij al vergeten en ze had belangrijker dingen aan haar hoofd. In die lobby was er nog iets merkwaardigs gebeurd: plots stond de populaire mediafiguur Steph Goossens daar voor onze neus terwijl Patrick en ik wat lol zaten te trappen. Ik kende Steph niet persoonlijk maar ik wist wie hij was en Steph wist blijkbaar ook wie ik was en ik gaf hem een hand en ik zei: ‘ja jongen, Steph, op u kunnen ze altijd rekenen om de mensen te amuseren.’ Patrick bleef onbewogen op zijn stoel zitten. Hij was een man van conflicten en ik probeerde al heel mijn leven conflicten te vermijden. Ooit één keer op de Patersholfeesten had ik Jeroen van Big Brother geen hand gegeven omdat ik dat een ziek programma vond, gemaakt door zieke mensen voor zieke mensen. En daar heb ik al heel mijn leven spijt van. Patrick kende spijt noch mededogen. Hij leefde voor zijn kunst. In zijn laatste column schreef hij: ‘mijn interesse voor het pauselijk aftreden reikt even ver als die voor de korfbaluitslagen in de provincie Henegouwen… even ver als een éénbenige keeper een bowlingbal kan uittrappen.’ Zoals ik reeds vroeger meldde: binnen de kunsten is humor het allerhoogste.

LUC DE VOS