MITTERAND A GAND

Voor hetzelfde geld was Gent van de aardbodem verdwenen. Het heeft geen haar gescheeld. Naar ik verneem uit getijdenboeken zou Keizer Karel een keer samen met de Hertog van Alva op de toren Van Sint-Baafs zijn geklommen. Een ogenblik stonden ze toen met elkander te overleggen of ze de hele boel niet meteen plat zouden smijten.

De Gentenaars werkten in die tijd de keizer enorm op zijn systeem. Pas op, hij had dat al een keer gedaan, onze keizer, met de stad Thérouanne, in Picardië. Echt waar, een hele stad systematisch afgebroken en van de kaart geveegd. In die tijd hadden de mensen nog poten aan hun lijf. Ze hebben het toen maar niet gedaan omdat ze op dat moment wellicht andere moord- en vernietigingspartijen aan hun hoofd hadden. In zekere zin moeten we de keizer dus dankbaar zijn. Omdat hem de lust tot verdelgen verging kunnen wij op heden als koningskinderen genieten van de vele weldaden van onze stad.
Nu kan ik voor mijn liefde tot Gent duizenden oorzaken beginnen op te sommen. Ik zou wellicht een lyrisch beeld kunnen schilderen van de duistere, diepe melancholie van de Sint-Niklaaskerk die mij bekoort wanneer ik daar des nachts voorbij kom gegaan met mijn hoofd in nevelen gehuld. Of ik kan de lof zingen van de meisjes van het Nouveau Bois-Instituut hier in mijn buurt wanneer zij op blijde lentedagen in hun heerlijke grijze rokken langs de kaden van de heilige rivieren Leie en Schelde huppelen en mijn hart in vreugde doen ontvlammen. Al dat soort dingen, het zou ons te ver leiden.
Ik wil mijn liefde voor mijn stad trachten te beschrijven aan de hand van een nogal alledaagse anekdote, die mij toch sterk aangreep. Kent u François Mitterand nog? U mag van die mens denken wat u wilt. Het was wellicht ook maar een zoveelste machtspoliticus die niet altijd even fraaie dingen deed. En wat zijn invloed is geweest op Europa, Frankrijk en de wereld, daarover dienen politiek geschiedkundigen zich uit spreken.
Het blijkt dat deze man een uitgesproken liefde koesterde voor Gent, voor deze in vergelijking met het fenomenale Parijs bijna nietige stad. Hij was er in zijn jeugd vaak geweest, zelfs een keer met de fiets. Hij noemde Gent één der vijf schoonste steden van de wereld. Als Gentenaar kan men er trots op zijn dat de president van Frankrijk deze stad zo prijst. Maar zoveel betekent dit op zich natuurlijk niet. Tony Blair kan evengoed beweren dat bijvoorbeeld Kiev zijn lievelingsstad is. Maar toch: ik zag Mitterand een tiental jaar geleden op de televisie iets heel merkwaardigs doen. Er was toen al sprake van zijn terminale ziekte. Hij had nog een paar maanden te leven, dat had hij zelf aangekondigd in de pers. Nu zag ik hem toevallig op televisie tijdens een herdenking aan de boorden van de Seine staan in Parijs. Hij had een boeket meiklokjes in zijn hand en hij had de taak deze in de Seine te gooien als één of ander eerbetoon. U kent deze bloemen, die lieflijke witte klokjes met hun bedwelmende lentegeur. Wat deed Mitterand: alvorens de bloemen in de machtige rivier te gooien bracht hij ze naar zijn neus en snoof er aan met een soort van tedere wellust. Een man die weet dat hij moet sterven en die op zulk een wijze aan bloemen wenst te ruiken, zulk een man kan geen slecht mens zijn. Wanneer zo iemand Gent een heerlijke stad noemt, dan moeten wij hem wel geloven.

LUC DE VOS