ALLES GAAT VANZELF

Ben ik de laatste van deze generatie mooie jonge mensen die nog honger heeft gevoeld en kou heeft geleden? Niet dat ik er trots op ben want het is beter van rijk en gelukkig te zijn dan arm en ongelukkig.

Iemand zoals ik die weet wat honger en koude zijn die kan de gorilla’s en de ijsberen van deze aarde recht in de ogen kijken. Ik ben illusieloos. Ik begrijp de natuur. De dierenwereld wordt bevolkt door miljoenen spijsverteringstelsels op poten of met vleugels die, niet bewust van hun eigen wezen, in een permanente staat van oorlog op zoek zijn naar brandstof voor de maag. Mocht ik een cynicus zijn, dan zou ik verklaren dat Gods schepping niets meer is dan een verzameling vreetmachines. Maar godzijdank ben ik geen cynicus. Wanneer ik ‘s morgens gewekt word door het fluiten van de merel dan beschouw ik dat als de roep van de lente, het begin van een blijde dag en niet als de territoriumafbakening van een biologische entiteit. Ik ken de werkelijkheid maar ik verkies te leven in de droom. Dat is typisch voor katholieken. Maar ik ben niet onnozel natuurlijk. Ik ben mij bewust van het bestaan van gorilla’s en ijsberen. Ik tracht dus zo ver mogelijk uit de buurt van deze ondieren te blijven, zelfs wanneer zij opgesloten zitten. Net zo weinig als ik zin heb om in een vliegtuigcrash om te komen, zo weiger ik ook ten onder te gaan in een gevecht met een dier dat tien keer zo groot en krachtig is als ik. Ik wil wel de strijd aangaan, maar het moet eerlijk blijven. Een mep ontvangen van een gorilla, tweehonderd kilogram spieren, dat is hetzelfde als overreden worden door een auto die vijftig kilometer per uur rijdt, zo luidt het. Over de ijsbeer las ik het volgende in de gazet: ‘alle experts zijn het over eens dat het schattige ijsbeertje en mediaverschijnsel Knut dat onlangs geboren werd in de Berlijnse dierentuin een erg gevaarlijke ijsbeer wordt en op zich is dat niet zo erg omdat ijsberen altijd gevaarlijk zijn en dus meestal goed achter slot en grendel zitten.’ Ik heb vroeger eens een boek gelezen en dat heette: Logica voor idioten. In dit kader dienen wij deze uitspraak te plaatsen, zo meen ik. Mensen zoals ik die weten wat honger en kou is mijden op een gezonde en natuurlijke wijze het gevaar. Zo ga ik bijvoorbeeld nooit uit eigen initiatief in een vliegtuig zitten en kom ik nimmer in de buurt van dieren die mij willen opeten omdat zij mij terecht beschouwen als tachtig kilo wandelende mensapenbiefstuk met een lekker randje vet eraan en vitaminerijke ingewanden. De mensen zijn iets kwijtgeraakt dat ik zou willen omschrijven als een gezond wantrouwen. Wie nooit kou en honger heeft geleden kent de gevaren niet die ons beloeren. Wanneer ik op maandag rond een uur of tien in de ochtend door de Veldstraat loop omdat ik denk dat ik op mijn gemak een keer naar de platenwinkel kan gaan zonder al die drukte om mij heen, dan kan ik er niet door van het volk. Moeten die mensen niet werken op maandag? Ik steek ook heelder dagen geen poot uit maar dat komt omdat ik zanger ben en zangers moeten alleen maar op zaterdagavond werken, dat is bekend, waarom er over zeuren? Mensen die afgunstig zijn op mij moeten dan ook maar zanger worden, ik wens hen veel succes. Neen, die winkelwandelstraten, daar is geen doorkomen aan, dag in, dag uit. En de terrassen zitten vol. Vol met mensen die niet weten wat honger en kou is en ijsberen en gorilla’s leuke dieren vinden. Al die kantoren en die fabrieken die worden in gang gehouden door een bende kabouters. Studenten kunnen nu ook studentenkoten huren met een garage erbij zodat ze na de les nog snel even naar huis kunnen rijden met hun autootje dat ze van pappie en mammie hebben gekregen want pappie en mammie zijn hun beste vrienden. De motor van een auto werkt met zuigers die in cilinders in beweging worden gebracht door een mengsel van lucht en brandstof dat tot ontploffing wordt gebracht door een elektrische vonk uit een bougie. Maar ook dat weten de mensen niet meer, alles gaat immers vanzelf.

LUC DE VOS