EEN BAKEN VAN LICHT.
Ooit, in een ver verleden, toen ik nog een verlaten eenling was waar niemand van wilde houden, had ik eens een lied gemaakt dat vertelde over mijn eerste schooldag op het college en over hoe ik daar toen, wandelend door de naar ondergang geurende gangen plots op de onthutsende maar tegelijk geruststellende gedachte was gekomen dat het allemaal nooit meer goed zou komen maar dat het mij, verdikkie, allemaal überhaupt sowieso toch niet kon schelen.