DE BETOVERDE STAD

Er bestond iets waar ik al lang naar op zoek was. Een maquette van de stad Gent in het jaar 1500. Het geboortejaar van die ellendige fascist Keizer Karel.

Die maquette moet ergens in het begin van de jaren zeventig vervaardigd zijn. Ik zag ze voor het eerst in het midden van diezelfde jaren toen we met het zesde leerjaar van onze Meetjeslandse dorpsschool op studiereis gingen naar de verre stad Gent. Wij deden dat niet graag, op studiereis gaan. We zaten liever in de klas naar de wolken te kijken. Ik moet zowat de helft van mijn kinderleven naar de wolken hebben zitten loeren. Nu doe ik dat niet meer. Ik moet arbeiden en nadenken en van alles opschrijven en soep koken en praten met de mensen want dat is veel belangrijker dan naar de wolken kijken.
Wij, de kinderen van de werkmensen en de boeren van Wippelgem bleven liever op school want daar waren wij de baas. En we waren ook bang van de buschauffeur die ons op die sporadische studiereizen diende heen en weer te voeren. Deze man hield precies niet van kinderen. Hij droeg een plastron en hij was altijd razend en hij had van die puntsschoenen aan en daarmee schopte hij tegen onze schenen. Hij heeft mijn maat Erwin ooit een keer zulk een stamp gegeven dat Erwin er een maand mank van heeft gelopen. Erwin had gezegd tegen die vent dat hij het zou zeggen tegen zijn vader maar achteraf hebben we daar niets meer van vernomen. Ouders waren in die tijd nog niet zo assertief als tegenwoordig en bemoeiden zich niet met de dingen die op school gebeurden.
We kwamen aan in een gebouw dat in de steigers stond. Jaren later zou ik te weten komen dat het hier het Belfort betrof. De meester moet dat op dat ogenblik wel gezegd hebben maar ik denk niet dat iemand van onze bende daar een ogenblik aandacht moeten hebben besteed aan al die uitleg. Wij waren twaalf jaar, en wij waren vooral met onszelf bezig. Wat er in de wereld gebeurde ging aan ons voorbij.
Wij traden binnen in een donkere zaal. In het midden was een hele middeleeuwse stad in het klein nagebouwd. We waren allemaal stil geworden. De meester kon eindelijk stoppen met brullen tegen ons dat we braaf moesten zijn. Er geschiedde nu een klank- en lichtspel. Vroeger hadden ze iets uitgevonden en dat was het klank- en lichtspel en dat was een spel met lichten en klanken en dat bestaat nu niet meer. Er klonk trompetgeschal en een stem die uit een diepe duisternis leek te komen sprak: ‘Het jaar vijftienhonderd, Keizer Karel wordt geboren in het Prinsenhof.’ Er begon een gouden licht te schijnen op een kasteel met een slotgracht er rond. Ik herkende die stem, dat was de stem van Nand Baert, de bekende quizmeester die op de BRT de quiz Wachtwoord presenteerde en die had inderdaad een grijze ringbaard. Het spektakel leek uren te duren. Er gingen blauwe en rode lampen branden die de toverachtige gebouwen van het miniatuurstadje een voor een deden oplichten. Nand Baert vertelde van alles over de geschiedenis van Gent, maar dat ging alweer geheel aan ons voorbij.
Achteraf op de bus werd er niet veel meer gesproken. Ik heb nog een maand lang elke nacht van dat toverstadje uit een andere wereld liggen dromen.
In mijn latere leven geraakte die sprookjesstad ondergesneeuwd in de vergeetput van mijn onderbewustzijn. Tot vorig jaar iemand mij vertelde van het bestaan van een middeleeuwse miniatuurstad in het Kinamuseum in de Sint-Pietersabdij. Deze stad bestond nog en was niet vernietigd, gemangeld en gemalen in de raderen van de voortschrijdende geschiedenis van de vooruitgang.
Na dertig jaar betrad ik opnieuw een duistere zaal waar de stille kleine stad lag te sluimeren. Een medewerker van het museum was zo vriendelijk het nog steeds in werking zijnde klank- en lichtspel in gang te zetten. Mijn verleden herleefde. Opnieuw weerklonk de stem van Nand Baert. Iemand had dit wonderlijke schouwspel voor de kinderen van vandaag bewaard. Wat zouden onze kinderen hiervan denken, zo stond ik te overwegen. Er welde in mijn ene oog een traan die ik trachtte weg te bijten. Het klank- en lichtspel als verschijnsel was met de komst van de postmoderne tijden en de digitale revolutie ten onder gegaan. Misschien vonden onze kinderen dit gedoe een grap uit verleden, zoals we nu met verbazing naar stomme filmpjes uit 1910 zitten te kijken. Ook kennen zij die man Nand Baert niet meer. Die goede man is al twintig jaar dood. Maar kijk, nog steeds weerklinkt zijn stem daar in het Kinamuseum. Moge zij daar nog lang weerklinken ter lering van onze jeugd.

LUC DE VOS