HUGO EN ROSA

Al dat nieuws in de gazet en op de radio en de TV. Is dat echt allemaal nodig? Ik denk dat de mensen zich minder druk om alles zouden maken als er niet zoveel nieuws was.

Trouwens, dat nieuws, dat is toch het ene oor in en het andere weer uit? Wie weet er bijvoorbeeld nog wat er op 10 september 2001 is gebeurd? Ik durf nochtans te wedden dat het journaal die dag opende met zeer belangwekkend nieuws dat meteen in de ether moest en wel dertig keer herhaald moest worden en becommentarieerd. Een dag later stond de hele wereld in rep en roer vanwege die twee vliegtuigen die zich in het World Trade Center hadden geboord. Het uiterst belangwekkende nieuws van 10 september was reeds in de vergeetput van de geschiedenis geworpen. Er waren immers de volgende dag twee torens ten gronde gestort. Zoals er al zovele torens door de natuur waren geslecht, onder andere de toren van Babylon. De instorting van de torens in New York was een natuurramp, gewild door fysische wetmatigheden. Zoals er ook orkanen bestaan en vulkanen die uitbarsten. Uiteindelijk, na verloop van tijd, bleek iedereen het er over eens: dit gebeuren was onvermijdelijk geweest. Het was een detail in de geschiedenis. Het lag ook allemaal voor de hand: kaap een vliegtuig en vlieg er mee tegen een gebouw. Vroeg of laat moest er iemand op dat idee komen. Het was eerder verbazingwekkend dat er niemand eerder was opgekomen. Ik weet nog toen ik als kind de bombardementen met napalm op Vietnam op de televisie aanschouwde, dat ik toen dacht: mocht ik deel uitmaken van de Vietkong, ik zou trachten een vliegtuig van de Amerikanen vol met bommen te ontvreemden en er in den duik mee naar Amerika vliegen om die kerels een keer een koekje van eigen deeg te geven. Dat dacht ik toen ik zes jaar was. Dat enige terroristen de plannen van een zesjarige al die jaren later in vervulling brachten mag inderdaad geen wonder heten.
Trouwens, die torens. Ik had er voor de ramp wel over horen praten, over het World Trade Center. Maar hoe het er precies uitzag, dat wist ik helemaal niet. In mijn jonge jaren had men het steeds over de Empire State Building. Daar had ik reeds in de kleuterklas van gehoord, als zijnde het hoogste gebouw van de wereld. De oprichting van veel hogere torens gedurende de jaren zeventig en tachtig, onder andere in Chicago en Kuala Lumpur, was aan mijn slaperige brein voorbijgegaan. Pas toen ik foto’s zag van voor het bombardement, merkte ik inderdaad dat die twee torens met kop en schouders boven de stad uitstaken. Ik liep voorheen met het idee rond van New York als een aaneenschakeling van een heleboel onmenselijke wolkenkrabbers van glas en beton, waar God weet wie in woonde en God weet wat uitspookte. Ik vroeg mij inderdaad af wat al die mensen in die gebouwen en kantoren deden. Die zaten voortdurend op schrijfmachines te tokkelen, zo had ik in films gezien. Maar wat was het dat zij optekenden? Zij schreven brieven. Maar over wat? En naar wie? Of maakten zij rekensommen? Maar tot welk nut? En dat ging dag in dag altijd maar door. Het was te veel en te groot om te bevatten. Net zoals het nieuws, dat gaat maar door van uur tot uur. Ze hebben het over aanslagen en terreur, maar dat bestond in mijn tijd ook, en zeker in de middeleeuwen, toen bestond dat ook al, in zelfs nog heviger mate dan nu. Of ze hebben het over begrotingsconclaven op Hertoginnendal. Maar wat is dat, een begrotingsconclaaf? En Hertoginnendal, waar bevindt zich deze sprookjesachtige plek? Is dat een dal waar hertoginnen wonen die ballades zingen, zichzelf daarbij begeleidend op de teorbe en er stoeien in de bloemenweide? Ik denk dat er buiten een paar ingewijden niet veel mensen zijn die deze vragen kunnen beantwoorden. De mensen worden er zot van, van al dat nieuws. Ik stel voor dat ze vanaf nu het nieuws samenvatten in een wekelijks journaal voor mensen die toch op de hoogte willen blijven van de toestand in de wereld.
Ik zag deze week iets op de televisie dat ik nog niet vaak had gezien in mijn leven: twee gelukkige, stokoude, echt bestaande mensen. Die leefden al bijna honderd jaar op een boerderij ergens in Zweden. Hugo en Rosa. Ze zaten altijd maar taarten te bakken en liedjes te zingen en elkander te zeggen dat ze mekaar zo graag zagen. Op het einde van die film was Rosa gestorven. Hugo zat bij haar in de kamer. Toen ze haar lijk kwamen weghalen wilde Hugo nog meegaan maar midden in de kamer bleef hij stilstaan. Ik geloof dat Hugo dacht dat het zinloos was Rosa te volgen. Verder was er deze week weer niets nieuws op de televisie.

LUC DE VOS