STUBRU 13

In de weide van de kloostertuin stond een kalf te grazen. Een klein wit kalf met rode vlekken. Oh, het stond daar zo lieflijk te grazen in de eerste lentewind. Meuh, meuh zo loeide het aldoor blij.
Toen kwam daar plots de Engel Des Doods op zijn knekelpaard voorbijgereden. Hij stapte op het kalf toe en houwde met zijn zwaard de kop van het bonte diertje middendoor zodat hersenen en allerlei lichaamssappen in het rond spatten. Beurelend stortte het kalf ter aarde terneder. Al stervend loeide het nog even na en in dat geloei was een zweem van weemoed merkbaar.
Ik had dit alles gadegeslagen. De Engel des doods kwam bij mij staan en sprak: ‘ik heb dit kalf de kop ingeslagen in het kader van een grote zuiveringsactie en dit op eigen initiatief. Ik ben van mening dat elk levend wezen dat niet tot het goede in staat is dient opgeruimd te worden zodat er meer adem- en levensruimte ontstaat voor die wezens die wel tot het goede in staat zijn, namelijk de mensen. Daarom ben ik deze actie gestart, om alle dieren uit te roeien want zij zijn dus niet in staat noch het kwade, noch het goede te bewerkstelligen en wel hierom omdat zij het onderscheid tussen beide begrippen niet kennen, laat staan er naar eigen goeddunken en in vrijheid mee om te gaan’.
‘Ik kan u volgen in uw gedachtengang’, zo sprak ik tot de Engel Des Doods, ‘en wat ik bovendien nog meer weet te appreciëren is dat uw denken ook daadwerkelijk wordt opgevolgd door uw handelen. U vindt dat alle dieren moeten worden geslacht in naam van de zuiverheid en vervolgens tijgt u ook aan de slag door dit kalf de kop in te kloppen. Want weet je wat het is met al die filosofen bijvoorbeeld: dat hun denken zelden een aanzet geeft tot handelen of een aanleiding vormt tot een inzicht door hetwelke de werkelijkheid minder onwankelbaar wordt.
Zondag nog hoorde ik op Radio Donna dat meisje van Pop in Wonderland verklaren dat het leven slechts begint voorbij de wanhoop. ‘La vie commence au delà du desespoir’, zo sprak zij in het Frans. God weet dat ze met deze uitspraak vlak in de roos zat. Maar ik weet dat ook wel allemaal hoor, daar heb ik Radio Donna niet voor nodig om mij dat allemaal wijs te maken. Maar ondertussen moet ik alweer verder met mijn wanhopige rotleven. Want vroeger dan had ik nog wat lol maar toen is er van alles voorgevallen en sindsdien leidt ik een wanhopig rotleven. Niet dat ik voortdurend zit te bleiten of zo. Ik kan er mee leven, weet je wel, en af en toe dan smul ik een lekkere boterham met kaas erop en dan ben ik al helemaal tevreden hoor.
Waarmee ik slechts wil zeggen dat uitspraken die niet tot handelen leiden, zoals die uitspraak dat het leven begint voorbij de wanhoop, dat het loze uitspraken zijn die nieuwe leegte aan de werkelijkheid toevoegen.
Een uitspraak daarentegen zoals: je moet, als je frieten maakt, je frieten niet te dun snijden, dan zijn ze lekker krokant van buiten en toch smeuïg van binnen, dat is natuurlijk andere koek. Dat heb ik zelf al dikwijls ondervonden en toegepast en met deze en andere goede raad heb ik al veel mensen vreugde geschonken. Daar heb je wat aan als mens, begrijp je. We moeten elkander vreugde schenken, altijd maar vreugde schenken’.

Luc De Vos