Cityzine

Nergens zie je zoveel meiden in minirok als in Gent. Gisteren zag ik zelfs een meisje van zestig in een kort oranje jurkje kledingzaak Twiggy aan het Duivelssteen binnenstappen. Het was aan het motregenen, maar er hing een opklaring in de lucht, dus die dame had voor alle veiligheid voor de blote benen gekozen. Noem mij gerust een fan.

Gent heeft veel verleden. Gent is zelfs vooral een negentiende-eeuwse stad. Hier vind je nog steeds –gelukkig maar- een chique bourgeoisie die binnen de eigen kring een heerlijk soort Frans met een Gents accent praat. Maar Gent is vooral een stad van de jeugd, getuige de minirok die je overal ziet opduiken bij het minste beetje zonneschijn. Soms ga ik gewoon voor de lol op de Kouter op een bank zitten, alleen maar om naar de studentinnen te loeren, op weg naar de universiteit. Die jeugd komt van overal ter wereld deze stad overspoelen. Zelfs op maandagavond barsten de cafés uit hun voegen. Vorig jaar kwam Prince twee maal op rij het Sint-Pietersplein plat spelen. Een onwaarschijnlijke ervaring: good old Prince, shaking his *ss, in dat decor van stokoude torens en koepels.
Jonge mensen die om een of andere reden een tijd in Gent komen wonen, blijven er uiteindelijk voor eeuwig hangen. We zitten ondertussen al aan een driehonderdduizend inwoners. Op naar het miljoen?

LUC DE VOS