IK BEN ZO MOE

Ik heb mij weer goed geamuseerd deze week. Ik mocht bijvoorbeeld in de Ancienne Belgique in Brussel liedjes van Metallica gaan spelen. Dat was lachen geblazen. Alleen de fans van Metallica in de zaal konden er niet mee lachen.

Het probleem is: ik kan geen liedjes van Metallica spelen. Ik kan eigenlijk geen enkel liedje spelen, behalve die van mijzelf. Ik ben daar altijd te lui voor geweest, om liedjes van iemand anders van buiten te leren. Ze hadden mij dat gevraagd: speel een keer liedjes van Metallica en ik had gezegd: ik zal dat varkentje wel wassen. Iemand had mij een boek bezorgd met alle partituren en toen ik dat boek zag dacht ik: daar begin ik niet aan. Ik had nog gebeld om te zeggen dat ik toch liever niet zou meedoen met dat coverfestival en dat ze dat aan de professionals moesten overlaten dat soort dingen maar ze zeiden dat er die avond konijn met pruimen op het menu stond in de Ancienne Belgique en toen was mijn rekening snel gemaakt. Hoe heb ik dat nu opgelost? Ik heb eerst enorm veel konijn met pruimen naar binnen gewerkt en ook nog een stuk frangipannetaart en dan ben ik het podium opgestormd als een waanzinnige en ben ik enorm veel lawaai beginnen maken met mijn Mesa Boogieversterker helemaal opengedraaid. Alle knoppen op tien. Het was er een lawijt dat horen en zien deed vergaan. Vanaf toen was het eenvoudig. Ik begon flarden van teksten van die goede oude James Hetfield in de micro te brullen en het leek verdomme net echt. En iedereen was content. De mensen zijn nogal rap content tegenwoordig.
Bij wijze van contrast moest ik de volgende dag een filmpje draaien met de kandidaten van Idool 2004. Dat is immers normaal in deze postmoderne samenleving. Vooruitstrevende avant-garde artiesten zoals ik schuwen het contrast niet. Vroeger zou ik mij daaraan verbrand hebben en zouden mijn fans die allemaal een universitair diploma bezitten moord en brand hebben geschreeuwd en mijn platen op straat hebben opgestookt in grote hellevuren. Tegenwoordig mag dat allemaal. De samenleving keurt dit soort kruisbestuiving goed. Vroeger stonden Karl Marx en Louis Tobback op de cover van de Humo, nu Katja Retsin en Kelly Pfaff. De grenzen tussen de hogere kunst en het minder elitaire vervagen. Deze samenleving streeft ernaar elke elite af te schaffen en te vervangen door bitterballen met eenheidsworst. Ik zou wel zot zijn als kleine zelfstandige niet mee te gaan in deze vaart der volkeren. Ik schrijf bijvoorbeeld essays over Witold Grombowitz en Jacques Derrida voor het blad De Witte Raaf maar ik zing ook liedjes van Metallica en ik doe ook mee aan Idool 2004. Dat is de taak van de intellectueel in dit tijdsgewricht: een nieuw soort renaissancemens te worden die steeds opnieuw tracht syntheses te maken. Voorbij is de tijd waarin men streefde naar particulariteit en aldus tot de kern van de dingen door te dringen. Terwijl de kern van de dingen ligt in de verwarring, de veelheid, de stortvloed, de grootsheid van de wanorde. De redding ligt in de synthese van het algemene, niet in het onderzoek van het particuliere, ik kan er niet genoeg op hameren.
Die jongens en die meisjes van idool 2004 die vielen enorm mee, echt waar. Het zijn stuk voor stuk mensen die nog geen vlieg kwaad zouden doen. Ze zingen een liedje op de televisie en de bazen van de televisie verdienen daar enorm veel geld mee. Dat is goed. Zo is het immers altijd geweest. De dichter schrijft droeve gedichten op zijn zolderkamer bij kaarslicht. De zakenman drinkt champagne in het bordeel. Zo zijn de taken eerlijk verdeeld. Daarom ben ik zo content dat ik ook zanger geworden ben, dan doe ik geen andere domme dingen. Mocht ik geen zanger geworden zijn dan was ik wellicht in mijn ongeluk gelopen. Ik heb al heel veel vreugde beleefd als zanger. Het was vroeger mijn diepste droom van een keer op de Gentse feesten te mogen zingen en ik heb dat ondertussen al tien keer gedaan. En deze week mag ik in de Capitole gaan spelen. In de Capitole, daar ben ik nog naar de cinema geweest vroeger. Naar die films met Angelique die zo driest was van soms haar naakte achterwerk te tonen. Ik heb toen veel zitten dromen terwijl ik naar die films zat te kijken. Ik droomde van geluk en liefde, geloof ik. Nu zal ik in dezelfde zaal mijn liederen gaan spelen voor de mensen. Ik zou zeggen, komt zeker kijken want daarna gaan we met ons groepje Gorki een jaar stoppen met spelen om een beetje uit te rusten. Want ik ben zo moe, zo moe, zo godsgruwelijk moe.

LUC DE VOS