STAANDE VOOR HET VUURPELETON

En dan nu even een ander onderwerp. Want de mensen kunnen blijkbaar deze week maar over één ding praten. Ik vertel u een waar gebeurd verhaal. Ik leerde Pim Fortuyn vijf jaar geleden kennen op de Gentse Feesten. Echt waar. Ik was wakker geworden onder een boom in het Baudelopark. Het moest al in de late namiddag zijn. De zon geselde mijn geschramde kop met haar vlammende stralen. Wat was er vannacht allemaal gebeurd? Het zou voor eeuwig een raadsel blijven. En wellicht was dat maar goed ook.
Ik richtte mijn schreden naar de eerste de beste drankgelegenheid die ik zou tegenkomen. Mijn keel werd geschroeid door een afgrijselijke dorst. Ik kwam voorbij de Baudelokapel. Daar hoorde ik geklingel van glazen. Ik daarbinnen natuurlijk. Er was een politiek debat aan de gang voor een publiek van uiterst linkse mensen, althans, zo zagen ze er uit. Aan de toog, achter in de zaal, dronk ik snel een paar Duvels om er beter tegen te kunnen. Toch eens luisteren naar dat linkse debat, dacht ik bij mezelf, want van karakter ben ik soms uiterst links wat betreft de rechtvaardigheid in de wereld. Ik vind bijvoorbeeld dat alle mensen gelijk zijn en dat de rijkdom in de wereld eerlijk verdeeld zou moeten worden en dat aan elk kind in de wereld alle kansen op een waardig bestaan zouden moeten worden geboden. Een waardig bestaan, niet verpest door armoede, een gebrek aan gezondheidszorg en onderwijs. Zo luidt mijn mening. Noem mij een naïeve dwazekloot.
Binnen het debat voerde de beruchte professor Jaap Kruithof het hoge woord. Naast hem zat er een kale man met een ongelofelijk homoseksuele stropdas aan. Kruithof stelde de man aan de verzamelde linkse denkers voor. ‘Ziehier Professor Pim Fortuyn uit Nederland,’ zei Kruithof. ‘De professor is een notoir aanhanger van het kapitalistisch model.’
Vanuit de zaal steeg een oorverdovend boegeroep op. Fortuyn nam ondanks het gejoel toch het woord. Hij sprak als volgt: ’Het solidariteitsbeginsel is gestoeld op een verkeerd uitgangspunt, namelijk het principe dat alle mensen van nature goed zijn en het beste met elkander voor hebben. Dat is helemaal niet waar. De beschaving zoals wij die in deze wereld ervaren, dat is slechts een laag vernis. In wezen zijn de mensen slecht. Solidariteit is een illusie. Democratie werkt niet. Laten we met deze werkelijkheid voor ogen onze samenleving organiseren en de leiding van de staat overlaten aan de elite en de getalenteerden. Gelijkschakeling betekent nivellering betekent stilstand betekent achteruitgang betekent terug naar af, terug naar de prehistorie.’
De linkse toehoorders werden bijna gek van woede. Papieren vlogen door de lucht. ‘Scheert u weg, vuile kapitalist, uitbuiter! Wij moeten uw lelijke Hollandse smoel hier niet hebben in België!,’ riep een hysterische sociologe vanop de eerste rij.
De heer Fortuyn besloot toen wijselijk zijn mond te houden en muisde er gedurende het debat stilletjes vanonder.
Ik stapte weer naar buiten. De Gentse Feesten waren ondertussen opnieuw met een hevige knal losgebarsten. Ik stortte mij in het feestgewoel. Overal waar ik kwam strooide ik vreugde en liefde in het rond en iedereen hield van mij. Ik werd die nacht ook dolverliefd op een tangodanseres die ik mocht aanschouwen op een of andere dansvloer en die mij bijna gek maakte met haar duistere duivelse billen gehuld in een hemeltergende minirok.
Toen ik Pim Fortuyn deze week daar gebroken en geknakt op het koude asfalt zag liggen, bracht ik hem een stille groet en dacht ik bij mijzelf: we zijn omringd door idioten, misschien is dat waar. Gelukkig bestaan er miljoenen en miljoenen mensen zoals ik, de goede volkszanger van levensliederen Luc De Vos, mensen die in de schoonheid, de vreugde en de liefde geloven. Al de rest is politiek en politiek is nogal onbelangrijk, vind ik persoonlijk.

Luc De Vos